31 juli 2011

Verwilderde moestuin wordt park (deel 2)

Begin maart begonnen we met de revitalisering van een volkomen overwoekerde moestuin bij de entree van domein Bellevue. Deze zomer hebben we de puntjes op de i gezet, onder meer door vele bergen met snoeiafval naar elders af te voeren.

We hebben nog meer bomen van storende zijtakken ontdaan en hebben ze weer in de kenmerkende vorm van een boom gesnoeid en gezaagd. Daardoor zien we nu ons geliefde Chardonnay-veld beter.

De vijg die verloederde door bramen, climatis en sleedoorn, heeft weer een leven. We kunnen vooral ook beter bij de vijgenvruchten die samen met bramen en kersen in de Bellevue-confiture belanden. En de houtkachel is tevreden met een forse stapel eiken- en pruimenhout, en we verbazen ons over de dikke geurende laurierstammen die liggen te drogen.

Op de aarden wal langs de weg groeien al seringen. Komend voorjaar plaatsen we er kleine kersenboompjes naast en is het parkje klaar.

30 juni 2011

Total control

Wie denkt dat de druivenplanten na een gedegen ronde van ondersnoei en opbinden strak in het pak rustig naar de oogst toeleven, heeft het mis.

Druiven zijn koppige planten die genetisch nauw verwant zijn met lianen. Voortdurend proberen ze met nieuwe uitlopers nieuw terrein te veroveren. De biomassa aan bladgroen die in juni en juli wordt geproduceerd, is enorm.

In de eerste jaren van de wijngaard werden we daardoor nogal eens onaangenaam verrast. Dachten we bijvoorbeeld in een lang weekend even extra instopwerk te doen, troffen we losse draden aan. Soms waren de spijkers zelfs uit de houten paaltjes getrokken door het gewicht van de planten. Of dachten we in een klein weekje tussendoor de ondergroei nogmaals te snoeien, moesten we met scherpe messen duimdikke, al verhoute, twee meter lange uitlopers tussen de trossen vandaan trekken, met alle schade van dien.

Precies om deze reden werken we de laatste twee jaar onder leiding van Ief met meerdere ploegen. Gedurende de hele precaire junimaand houden ze de zaak onder controle.

Wanneer op de altijd springerige Merlotpercelen de uitlopers boven de draad uitkomen, brengen we de draad een etage omhoog en plaatsen we extra bioafbreekbare clipjes die de zaak op spanning houden. Zo zitten de hagen van druivenplanten strak gevangen tussen de ijzeren draden en kunnen de planten de vaak straffe wind weerstaan.

En er is meer. Na de eerste ondersnoei lopen we nog tweemaal gebukt en gebogen langs de voeten van de planten om beginnende uitlopers weg te halen. We maaien paardenstaarten (prêles), die in de loop van de zomer de rijpende druiventrossen raken (zie foto). Door ze te maaien, bevorderen we de luchtcirculatie onder de planten en voorkomen we dat zich grijze schimmel op vochtige plekken nestelt. Om dezelfde reden knippen we blad weg (efeuillage) aan de noord- of oostzijde van de rijen. Zuidelijk en westelijk laten we ze hangen zodat ze de trossen als een parasol beschermen tegen een al te verzengende zomerzon. En waar nodig hakken we met pikhouweel en schoffel schadelijk onkruid weg, zoals de eindeloze strijd tegen de immer terugkerende bramen en distels.

Zo zachtjes aan hebben we een goed oog gekregen voor waar we op welk moment wat moeten doen. Het is vervolgens nog aardig wat managementwerk om de wijngaard onder total control te houden. En dat lukte dit warme voorjaar weer vooral met hulp van vrienden en wijnabonnees uit Nederland. Dus Marian, Marian, Gerda en Sara; Franklin en Elle, Marina, Henk, Fred en Jetske; Riet, Gertje en Margreet, mille fois merci!

02 juni 2011

Almere snoeit de ondergroei

Eerst in de puffende hitte en daarna in de regen razen vier vrouwen uit Almere over de wijngaard. Met lichte handschoenen en een snoeimes breken of knippen Marian, Marian, Gerda en Sara de uitlopers die aan de voeten van de stam zijn ontstaan.

Die ondergroei moet gedegen gesnoeid. De biomassa van zo´n uitlopende wijnrank is enorm. Er is bovenin de plant voldoende blad voor de fotosynthese. Het blad aan de voet is echter overbodig, verdampt onnodig water, geeft geen druiven en kan als een soort opstappunt dienen voor ongerechtigheden als schimmels.

Dus weg ermee. De meeste boeren kiezen voor chemische bestrijding van dit loof, wij doen het met de hand. Het is een zwaar karwei, want het is zeer belastend voor de rug. Daarom werken we met ons tweeën in een rij, zodat we na zes planten even de rug kunnen strekken (haasje-over).

Na vier dagen hebben we met ons zessen vijf hectare planten vakkundig gesnoeid en een slagveld van gesnoeid loof achter ons gelaten. Ook hebben we de draden omhoog getild zodat de waardevolle uitlopers netjes omhoog groeien. Alweer is Bellevue dankbaar voor de super-equipe uit Almere. Vele handen maken zwaar werk licht.

In de bloeiende wijngaard

Het warme weer laat ook de wijngaard ongeveer twee weken voorlopen op de normale ontwikkeling. Het betekent dat in de derde week van mei vrijwel alle druiven al in bloei staan.

De bloei is een bijzonder moment. Gedurende tien tot vijftien dagen hebben de planten fijne, kleine, witte bloemetjes. Tijdens de bloei (floraison) verspreidt de wijngaard de delicate geur van lelietjes der dalen.

Voorafgaand aan de bloei verliezen de vruchtbeginsels hun hoesjes (capuchon, foto rechts, bovenin) en krijgen ook de minuscule meeldraden buitenlucht. In de volle bloei (foto rechts, onderin) bestuift de wijnplant zichzelf, waarna de bevruchte bloemetjes uitgroeien tot piepkleine bolletjes, kaliber speldenknop (nouaison).

Die knopjes (foto onder), met het al kenmerkende uiterlijk van een druiventros, groeien dan gaandeweg juni en juli verder tot volwassen trossen.

Als tijdens de bloei een langdurige periode van regen inzet, samen met een daling van de temperatuur, kunnen de hoesjes die om de vruchtbeginselen zitten, verkleven. Daardoor kan het stuifmeel het vruchtbeginsel niet bereiken. Er ontstaan dan allerlei gaten in de tros (coulure).

Ook kunnen de weersomstandigheden de bloei en bevruchting verlengen tot een maand. Deze onregelmatige bevruchting kan ertoe leiden dat op de oogstdatum zowel superrijpe als nog niet rijpe trossen worden binnengehaald (millerandage).

Het lijkt er echter op dat de broodnodige onweersbuien die de laatste twee dagen van mei en de eerste dagen van juni over het gortdroge land ranselden vooralsnog niet tot narigheid hebben geleid op Bellevue. De boeren hier spreken van een ‘bon potentiel’ voor de wijn van jaargang 2011.

31 mei 2011

Balen, best veel balen

De warmte van het voorjaar maakt dat alles hier voor loopt op schema. De granen zullen bijvoorbeeld veel vroeger worden geoogst dan normaal.

Onze luzernevelden hebben halverwege mei de eerste snee opgeleverd. De eiwitrijke vlinderbloemigen hebben enkele dagen liggen drogen en zijn daarna in grote balen geperst. Verspreid op het land liggen meer dan 100 balen van circa 250 kilogram te wachten op de vrachtwagen die ze vervoert naar de stallen van Thierry Bonhomme.

Daar doen de biokoeien en -schapen van Thierry zich tegoed aan de biologische Bellevue-luzerne.

05 mei 2011

Op de tractor!

In de eerste week van mei heeft het inderdaad geregend. Onze handmatige spuitactie heeft bescherming geboden aan een fikse onweersbui.

De Biomerlot is nog steeds vrij van meeldauw. Door het plotselinge vocht en de nog steeds hoge temperatuur zijn de loten verder uitgelopen. Nu moeten ook de nieuwe bladeren worden beschermd. Handmatig werk met de spuit volstaat niet meer. Het bladerdek is veel te omvangrijk geworden.

Dus krijgen we na zeven jaar op 5 mei onze eerste tractorles. Eerst oefenen we op een recht stuk met alleen water in de tank, maar weldra akkeren we op de helling met echte bestrijdingsmiddelen.

Het is glibberen en glijden met de oude, geleende tractor op de nog natte, net geploegde hobbelige helling. Een hele kunst is het bovendien om de tractor recht in de rij te houden, aan het einde van de rij snel met de hendels de spuitmondjes dicht te draaien, af te remmen, de bocht te maken naar een nieuwe rij vier banen verder en de spuitmondjes bijtijds weer te openen.

De kop is eraf en we hebben weer een nieuwe stap gezet om als freelance wijnboeren gewetensvol om te gaan met gebruik van biologische bestrijdingsmiddelen.

30 april 2011

Groeispurt in de druiven

April was in Nederland én op Bellevue extreem warm en zonnig; in Frankrijk turfden de meteorologen de warmste maand april sinds 1900. Mede dankzij een volle week regen in maart (100 mm) zijn de druiven daardoor versneld uit hun winterslaap gekomen.

Eind april maant onze regisseur Pascal ons daarom toch alvast een begin te maken met de ondersnoei. Dat wil zeggen het weghalen van de uitlopers aan de voeten van de stammen, vooral in de voor meeldauw gevoelige soorten zoals Chardonnay. “Als het gaat regenen, kunnen er plassen op de bodem ontstaan en gebruiken de meeldauwschimmels de ondergroei als een lift om de kleine druivenknopjes hoger in de plant aan te vallen”, doceert Pascal.

Hebben wij weer. Moeten wij met ons tweeën subiet aan de bak, terwijl pas over drie weken, rond Hemelvaart en Pinksteren, equipes uit Nederland overkomen om de handen uit de mouwen te steken en de voetjes van de wijnranken schoon te maken. Deze ondersnoei is namelijk nogal belastend voor de rug: kromgebogen, gehurkt of kruipend gaan we van plant tot plant om de groene loten eraf te rissen. Evengoed weten we in een lange dag anderhalve hectare, ongeveer 6000 planten van de Chardonnay en onze ‘Biomerlot’, schoon te maken.

Maar dat is nog niet alles. “Doe ook meteen maar de eerste spuitbeurt op het Biomerlotveld, want er wordt regen verwacht”, gebiedt Pascal. Dus staan we nog dezelfde dag met een tankje op de rug met door biologische landbouw geaccepteerd kopersulfaat en zwavel een beschermlaag te sprayen op de versgroene blaadjes. Dat laagje voorkomt dat de schimmel het blad en de piepkleine vruchtbeginselen aantast.

11 maart 2011

Net geen prijs in Parijs

Voor het tweede achtereenvolgende jaar selecteerde de Cave de Malepère onze Bellevue Chardonnay om mee te dingen naar een prijs in het grote Concours Général de Paris. Dit keer zijn we vlak voor de eindstreep, in de laatste ronde, gesneuveld.

“Wat betreft finales is 2010 geen goed jaar voor de Hollanders”, zegt wijnmaker Laurent, met een knipoog naar het WK-voetbal. “Maar”, voegt hij toe, “jullie behoren wel tot de beste helft van de Chardonnays van de vin de pays d‘oc, of ‘Indication Geographique Protégée Pays d’Oc’ zoals we tegenwoordig moeten zeggen van Brussel.”

We malen niet om het resultaat in Parijs. We zijn in onze nopjes dat we voor de tweede achtereenvolgende keer een eigen witte wijn presenteren. Hij bestaat dit keer voor ongeveer een kwart uit onze eigen Chardonnay-druiven. De rest van de enorme cuve is gevuld met druiven van een wijnbouwer die vier kilometer verderop boert, op dezelfde hoogte. De hoogte is van belang in verband van de zuurgraad van de wijn. Voor onze Chardonnay hebben we een partner nodig omdat onze eigen driekwart hectare Chardonnay-druiven te weinig produceert voor de enorme persen van de cave.

Gezien het succes van onze eerste Chardonnay – met Kerstmis 2010 schoon uitverkocht – hebben we van zijn opvolger meer laten maken. De nieuwe witte Bellevue is fris en heeft een typische Chardonnay-afdronk van rijp geel fruit.

Eind maart wordt de wijn gebotteld, half april arriveren de eerste dozen in Nederland. Jullie kunnen alvast intekenen!

10 maart 2011

Verwilderde moestuin aangepakt

Pal bij de oprit van Bellevue verraden de bomen dat hier ooit een stukje land zorgvuldig in cultuur is gebracht. Er staan enkele grote pruimenbomen, twee vijgenbomen, twee notenbomen en een enorme laurierstruik. Maar het perceel was de afgelopen decennia verworden tot een ondoordringbare bende van bramen, opgeschoten pruimenboompjes, laurier, sleedoorn en wat zielige eikjes.

Tot vandaag. Met pikhouweel en motorkettingzaag hebben we structuur aangebracht in het verwilderde overhoekje bij de ingang. Ruige pruimenbomen zien er plotseling weer uit als een echte boom. Een schitterende steeneik is drie zijtakken kwijt die pal over de grond groeiden. Tientallen zaailingen van het voortwoekerende laurier liggen op een hoop.

Voor het eerst sinds zeker veertig jaar is er weer eens getuinierd op deze plek. Het moet ooit een moestuin zijn geweest, want we stuitten op een klein tuinhuisje, vermoedelijk voor de opslag van tuingereedschap. Ook hebben we een betonnen waterbak vrijgehakt. Het is nog niet af, maar Bellevue is weer een parkachtig hoekje rijker.

Bellevue-equipes oogsten opnieuw bewondering

“Bellevue, c’est une usine”, zegt regisseur Pascal met ontzag. Inderdaad, het lijkt wel een fabriek waarin goed georganiseerde teams ons in ruim twee weken van al het winterwerk af helpen. Sommigen komen al vijf jaar en zijn intussen haast net zo ervaren als wij.

Drie klussen staan centraal. Allereerst moeten de gesnoeide takken uit de draden worden getrokken, de ramasse. Deze winter snoeiden wij zelf bijna vier hectare van de wijngaard. Professional Abdel nam de andere helft voor zijn rekening. De takken worden netjes in de middenpaden gelegd om te worden verhakseld.

Vervolgens repareren we gebroken ijzerdraad, vervangen verdwenen of kromgereden spijkers en zetten nieuwe acaciapalen op de plaats van gebroken exemplaren. Dit jaar vervingen we meer dan 150 palen. Als altijd worden ze in ons eigen bos gehakt en gekloofd door Patrick en Christian uit het dorp. Daarna brengen we de draden op spanning.

Tenslotte ontfermt gewoontegetrouw vooral de Nijmeegse brigade zich over de zogeheten attache. Dit jaar voorzien van zelfgemaakte ‘attache-tasjes’ binden de dames de overgebleven loot op de strak gespannen ijzerdraad.

Deze winter geldt als droog en warm. Begin februari liepen de mensen in het dorp bij achttien graden in een T-shirt door de wijngaarden. Regenen doet het nauwelijks. Maar uitgerekend toen de Nederlandse equipes in de krokusperiode aantraden, ging het regenen, hagelen en hard waaien. Vooral de attache-ploeg moest werken onder zware omstandigheden.

“Maar we zijn geen watjes”, klonk het op het veld. We hielden zelfs tijd over om een buurman te helpen met de attache. Ook verrichtten we extra werk op Bellevue. Dit jaar is de Cot (Malbec) voorzien van een extra ijzerdraad en een nieuw opbindsysteem. Daarmee wordt dit ras, net als eerder de Chardonnay, minder kwetsbaar voor de harde voorjaarswind die de piepjonge uitlopers kan breken.

Dus, daar komt-i weer, Bellevue dankt Gerrit, Afke, Joris, Elly, Lin, Jan, Nardy, Diny, Sonja, Joke, Agnes, Henk en Marwien voor de vele handen uit de mouwen.